Bang voor de ChristenUnie? (deel 2)

duidelijkeerlijkecht.gifwoensdag 25 april 2007 16:20

Op 27 december jl. heb ik een artikel geplaatst op de site van de ChristenUnie Meppel met als titel “Bang voor de ChristenUnie?”. Het bestuur heeft mij gevraagd op de ledenvergadering met de leden over dit thema door te spreken.

Het artikel is geschreven aan het eind van het vorig jaar, toen de verkiezingsuitslag van de Tweede Kamerverkiezingen bekend was en de verkennende fase van de formatie was afgesloten. Formateur Hoekstra had geadviseerd dat een coalitie van CDA, PvdA en ChristenUnie de meeste kans van slagen had en onderzocht moest worden. Informateur Wijffels was aangezocht voor die klus en zou gelijk na nieuwjaar beginnen. Er was dus nog niet bekend of de poging zou slagen en wat het aandeel van de ChristenUnie zou zijn.
Het hield me bezig dat in verschillende artikelen en reacties op het internet al op niet mis te verstane woorden werd gezegd dat deelname van de ChristenUnie aan de regering zou betekenen dat we weer terug zouden gaan in de bekrompenheid van de jaren 50 en dat de verworvenheden van paars weer zouden worden teruggedraaid. De angst ontstond omtrent onderwerpen als abortus, euthanasie, koopzondagen en homohuwelijk.
Ik heb me in dat artikel afgevraagd waarom dat tot angst moest leiden en het leek me vreemd dat een partij, die tot op heden positief in het nieuws was, door mogelijke kabinetsdeelname gevreesd moest worden. Overigens vond ik het sowieso een vreemd idee dat de partij waar ik lid van ben, naar mijn mening een keurige christelijke partij, aanleiding geeft tot angst.

Om de zaak nader te bekijken wil ik de volgende aspecten met jullie langs.

  • de antithese
  • de democratische rechtstaat
  • de rol van een christelijke partij


De antithese
Ik weet niet of het begrip bij iedereen bekend is. In zijn algemeenheid heeft het betrekking op het naar voren laten komen van tegenstellingen. Maar in de politiek was het een begrip dat vooral door Abraham Kuyper is gehanteerd om de tegenstelling aan te duiden tussen links en rechts in de politiek. Rechts was iedereen die zijn uitgangspunt zocht in de 'ordinantiën des Heeren'. Links was iedereen die zijn uitgangspunt zocht in de mens zelf. Bij de verkiezingen van 1901 was de antithese de leidraad voor Kuypers ARP. ,,Onze strijd gaat niet tegen personen, maar tegen de God in het staatsrecht verzakende geest, die in aller Liberalen politiek zich belichaamt.'' De gereformeerden bleven lang na Kuypers dood vasthouden aan de antithese. Ook in de kerk werd het begrip gebruikt voor de tegenstelling tussen kerk en wereld.
Later werden de begrippen links en rechts meer gebruikt voor bredere politieke opvattingen , zoals op sociaal economisch gebied of welzijn.

Tegenstellingen
Maar nu – ruim honderd jaar later – lijkt weer terug te komen de tegenstelling tussen christelijk en niet-christelijk. De antithese is weer actueel.
Of is dat wat gemakkelijk gezegd? Gaat het om die tegenstelling? Of gaat het om een houding van christenen die tegenstellingen oproept? Zitten we in het tijdperk van psalm 2? Moeten we ons daar als ChristenUnie dan op richten en heeft Andre Rouvoet het dan wel goed gedaan met ons inmiddels bekende regeerakkoord? Geen afschaffing van abortus en euthanasie en de vrijheid die werd gevraagd aan gewetensbezwaarde ambtenaren van de burgerlijke stand is inmiddels door gemeentelijke moties een lege huls geworden. Hoe deed Abraham Kuyper dat eigenlijk?
(Daar kwam met zijn regering van 1901 tot 1905 niet veel van terecht. Alhoewel het kabinet bestond uit protestanten en katholieken kwam de sociale wetgeving die onder het vorige kabinet was ontwikkeld tot stilstand en de gelijkstelling van openbaar en bijzonder onderwijs kon niet gerealiseerd worden. Wat wel werd gerealiseerd, dat was de ethische politiek ten aanzien van de koloniën. Waar tot dan toe de economische exploitatie van grondstoffen en mensen relatief onomstreden was, werd dat in de tijd van Kuyper negatiever beoordeeld. Doelstelling van de ethische politiek was de koloniale bevolking zodanig te vormen dat zij zou kunnen komen tot politieke en economische zelfstandigheid.)

De democratische rechtstaat
In Romeinen 13 staat dat de overheid door God gegeven is en dat we die als zodanig moeten gehoorzamen. Dat betekent dat we niet burgerlijk ongehoorzaam moeten zijn als de overheid wetten stelt ook al zijn dat wetten die wij in strijd met Gods geboden achten.
De SGP kiest als doel voor een theocratie. Dat is een regeringsvorm, waarin Gods geboden het uiteindelijk voor het zeggen hebben. Theoretisch gezien: als de SGP meer dan 50% van de stemmen haalt, dan wordt de democratie afgeschaft en wordt er beleid volgens de bijbel gevoerd.
De ChristenUnie streeft wel naar een christelijke overheid, maar laat de democratische regeringsvorm intact. De minister van jeugd en gezin heeft in een middagpauzedienst in Den Haag daar onlangs interessante dingen over gezegd. (zie http://www.refdag.nl/artikel/1299146/Ambities+christenpoliticus+begrensd.html)

Uniefundering
De Uniefundering van de ChristenUnie en de Unieverklaring zeggen het volgende:

Uniefundering:
De ChristenUnie erkent Gods heerschappij over het staatkundig leven, dat de overheid door God is gegeven en in zijn dienst staat en dat christenen de verantwoordelijkheid hebben actief te zijn in de samenleving. Zij fundeert haar politieke overtuiging op de Bijbel, het geïnspireerde en gezaghebbende Woord van God, die door de Drie Formulieren van Eenheid wordt nagesproken en die ook voor het staatkundig leven wijsheid bevat.
Unieverklaring


Wij, leden van de unie van RPF en GPV, hebben ons verenigd om vanuit ons christelijk geloof invloed uit te oefenen op het bestuur van ons land en in de samenleving. Gelovig luisterend naar het Woord van God en met een open oog voor de werkelijkheid zoeken wij naar zijn wil. We laten ons daarbij aansporen door Gods opdracht om Hem lief te hebben en ook onze medemensen. We willen dat de overheid de geestelijke en politieke vrijheden waarborgt, opdat God naar zijn Woord gediend kan worden.

Van die vrijheden willen we gebruikmaken om onze christelijke overtuiging in de politiek en in de maatschappij uit te dragen. Wij zijn ervan overtuigd dat de God die wij belijden en willen dienen, ook door de overheid en in de samenleving gehoorzaamd en geëerd behoort te worden. Een overheid die Gods geboden in praktijk brengt, dient het welzijn van de samenleving. God heeft alles volmaakt geschapen. De wereld is echter aangetast door de ongehoorzaamheid van de mens. Daarom heeft de samenleving gezag nodig, dat het kwaad indamt en tegengaat.

Vanuit onze overtuiging komen wij op voor het recht van allen die deel uitmaken van onze samenleving en ook streven wij naar gerechtigheid in internationale betrekkingen. Deze overtuiging plaatst de actuele politiek in het perspectief van Jezus Christus, wie alle macht is gegeven in hemel en op aarde. Door Hem is er uitzicht op een leven over de grenzen van de huidige wereld heen. Vanuit dit vertrouwen zoeken wij gedreven naar de steun van allen die met ons deze politiek willen steunen en bevorderen. We doen dit alles in het besef dat we afhankelijk zijn van God en bidden om de leiding van de Heilige Geest

Daar zijn twee opmerkingen bij te maken
1. principieel: vrijheid voor jezelf is ook vrijheid voor anderen
2. praktisch: we leven in een ontkerstende maatschappij en kunnen onze doelstellingen dus niet helemaal realiseren.

1. vrijheid voor jezelf is ook vrijheid voor anderen.
Dat Gods geboden goed zijn, moet je niet met geweld afdwingen. Daarin verschillen wij met andere ideologieën elders in de wereld, die niet door overtuiging maar door aftuiging hun gelijk willen halen. Gods Woord zelf spreekt ons aan in Zacharia 4:6: “Niet door eigen kracht of macht (geweld stond er in de vorige vertaling), maar met de hulp van mijn Geest zal hij slagen”
2. Praktisch: we leven in een ontkerstende maatschappij.
De ChristenUnie is een stroming in de Nederlandse politiek met een aanhang van zo’n 4 procent. Dat betekent dat 96% van de Nederlanders om verschillende redenen niet kiest voor de ChristenUnie. In de meeste gevallen omdat de consequentie die uit het geloof wordt getrokken niet wordt gedeeld. Omdat we in een democratische rechtstaat leven, kunnen alleen die onderwerpen wet worden en dus binding krijgen voor alle mensen, waarvan de vertegenwoordigende organen in meerderheid hun steun hebben gegeven.

De rol van een christelijke partij
Het is bijzonder dat een kleine, uitgesproken christelijke partij deel uit maakt van de regering. Dat is gebeurd omdat ze nodig was om een parlementaire meerderheid te krijgen. In gemeenten zie je nog wel eens dat de ChristenUnie gevraagd wordt een wethouder te leveren, alhoewel dat getalsmatig niet nodig was. Te denken valt aan plaatsen als Amersfoort en Leiden. Maar landelijk is het getalsmatig gewoon nodig. Hoe ga je daar als ChristenUnie dan mee om? Hoe vind je het evenwicht tussen compromissen sluiten en jezelf niet verloochenen.
Met name gaat het dan om ethische punten, die je wel belangrijk vindt, maar waar je democratisch gezien geen meerderheid voor krijgt, zoals abortus, euthanasie, homohuwelijk en zondagsrust.

In de bespreking zijn de volgende vragen besproken:
1. Is de ChristenUnie er in geslaagd voldoende van zichzelf terug te vinden in het regeerakkoord?
2. Worden daarbij de democratische principes gehanteerd?
3. Is er bij bijvoorbeeld abortus een weg mogelijk dat de geestelijke vrijheid wordt gegarandeerd en dat ook Gods geboden worden nageleefd?
4. Is het democratisch om een beroep te doen op gewetensbezwaar? In welke gevallen mag dat? En in welke gevallen niet?
5. Is er verschil tussen de taak van de kerk en de taak van een politieke partij in de samenleving? Wat is dan het verschil?
6. Tot hoever mag je gaan in het deelnemen aan regeringsverantwoordelijkheid?


Gert Stam

« Terug

Reacties op 'Bang voor de ChristenUnie? (deel 2)'

Geen berichten gevonden

Log in om te kunnen reageren op nieuwsberichten.